Het Utrechts Landschap heeft het toezicht in het Laantje zonder Eind in het Zeisterbos aangescherpt. Aanleiding zijn de vernielingen aan de nieuw aangeplante bomen.
In de maanden mei en juni is tot drie keer toe een aantal nieuw aangeplante bomen moedwillig afgebroken. Eén boompje is op klaarlichte dag venield, kort nadat boswachters van Utrechts Landschap de situatie hadden geïnventariseerd. Om nog meer schade te voorkomen is het toezicht verscherpt. ‘Er moet een einde komen aan deze zinloze vernielingen, want dit is onacceptabel’, aldus boswachter Jacqueline van Dam.
Ter hoogte van het Bisonveld zijn begin dit jaar de nieuwe beuken en linden om en om geplant. De meeste afgebroken bomen zijn linden, waarschijnlijk omdat het hout hiervan zachter is. ‘We tasten in het duister naar de beweegreden voor deze vernielzucht’, zegt van Dam.
Het vervangen van de laanbomen kost de natuurbeheerder veel geld. Samen met de donateurs en bezoekers van het natuurgebied had het Utrechts Landschap zich juist zo verheugd op het herstel van het Laantje zonder Eind.
De vervanging was nodig, omdat een aantal bomen door klimaatverandering en de voedselarme bodem was verzwakt, aangetast door schimmels, of zelfs al verdwenen. Om de natuurwaarde te herstellen en het cultuurhistorische karakter van het Laantje te behouden is gekozen voor nieuwe aanplant.
